Alle activiteiten

De leerlingen berekenen de oppervlakte van een te bemesten perceel en zetten de oppervlakte om in landmaten.

De leerlingen kunnen verwoorden op welke manier de bij meehelpt aan de voortplanting van de planten.

De leerlingen zien in dat bepaalde insecten een positieve invloed kunnen hebben op de oogst van het veld.

De leerlingen begrijpen de werking van pneumatiek en hydrauliek en kunnen een aantal toepassingen op de boerderij aanduiden en verklaren.

De leerlingen kunnen de begrippen bruto, tarra en netto toepassen in reële situaties.

De kinderen onderzoeken de stevigheid van bepaalde constructies op de boerderij.

De leerlingen kunnen berekeningen maken met een opgegeven of te berekenen schaal.

De leerlingen kunnen de betekenis van een aantal labels bij voedingsproducten achterhalen en hiervan de meerwaarde afwegen.

De leerlingen kennen de visie en de economische structuur van een C.S.A.-boerderij.

De leerlingen kunnen een perceel op verschillende manieren oriënteren.

De leerlingen kunnen proefondervindelijk de bodemsoort van een perceel bepalen en een aantal kenmerken van deze bodemsoort achterhalen.

De leerlingen kunnen de werking van een aantal landbouwwerktuigen verwoorden.  De leerlingen beseffen dat technische realisaties een eigen geschiedenis hebben.